DE BRON BODEGRAVEN 2025-07-20
11 Toen de drie vrienden van Job van al dit onheil, dat hem overkomen was, hoorden, kwamen zij, elk uit zijn woonplaats: Elifaz, de Temaniet, Bildad, de Suhiet, en Zofar, de Naämathiet. Zij spraken met elkaar af om naar hem toe te gaan om hem hun medeleven te betuigen en hem te troosten.
12 Toen zij hun ogen van veraf opsloegen, herkenden zij hem niet. Zij begonnen luid te huilen; daarbij scheurde ieder zijn bovenkleed en ze strooiden stof naar de hemel over hun hoofden.
13 Zo zaten zij met hem op de aarde, zeven dagen en zeven nachten. Niemand sprak een woord tot hem, want zij zagen dat het leed zeer hevig was.
W A A R O M ?
H4 Nooit komt iemand onschuldig om, geen mens voor God rechtvaardig
H5 Gods bestraffing is er niet voor niets, vertrouw Hem en alles komt goed
H6 Zwaar teleurgesteld in de woorden van zijn vrienden die zijn lijden onderschatten
vs14(HSV) Wie wanhopig is, (mag) van zijn vriend goedertierenheid (verwachten); of hij zou de vreze van de Almachtige verlaten.
vs14(BB) Een mens die geen medelijden toont met een vriend in nood, heeft geen ontzag voor de Almachtige God.
H7 Jullie begrijpen niets van mijn leed.
En God, wat doet U mij aan?
Vraag het de vorige generaties: als jij … dan zal God …
H9 Tegen de Almachtige is niets in te brengen, dat geldt rechtvaardigen en onrechtvaardigen
H10 God, waarom hebt U mij geschapen om mij al deze dingen aan te doen? Een gebed in wanhoop
Dimmen Job, eerste je ongerechtigheden wegdoen, dan zal God het goed met je maken
H12 God heeft Zijn hand in alles wat gebeurt
H13 Waarom stellen jullie je op als Gods verdedigers?
vs8(HSV) Trekken jullie partij voor Hem? Voeren jullie een rechtszaak voor God?
vs8(BB) Kiezen jullie partij voor Hem? Denken jullie dat jullie Hem moeten verdedigen?
H14 Job spreekt God aan op hoe het een mens in zijn korte leven vergaat
Job 6:14
Wie wanhopig is, (mag) van zijn vriend goedertierenheid (verwachten); of hij zou de vreze van de Almachtige verlaten.
Matt. 25:38-40
Wanneer hebben wij U als een vreemdeling gezien en gastvrij onthaald, of naakt en hebben U gekleed? Wanneer hebben wij U ziek gezien of in de gevangenis en zijn bij U gekomen? En de Koning zal hun antwoorden: Voorwaar, Ik zeg u: voor zover u dit voor een van deze geringste broeders van Mij gedaan hebt, hebt u dat voor Mij gedaan.
Job 13:8
Trekken jullie partij voor Hem? Voeren jullie een rechtszaak voor God?